20e eeuw - Volkslied
1) Inleiding
2) Revue- of Cabaretlied

3) Smartlap of Levenslied

Cabaret-/revuelied
De kleine man – Louis Davids

Klik op het plaatje!

Oorsprong:
Van ongeveer 1895 tot ongeveer 1950 is vooral de glorietijd van cabaretrevue.
De oorsprong ligt in de café-chantats, waar zangers het café-publiek vermaakten.
De geboortedatum van het Nederlandstalige cabaret is augustus 1895 bij de eerste officiële solovoorstelling van Eduard Jacobs.
Naast Eduard Jacobs, behoort ook Louis Davids tot een van de grootste cabaretiers van vóór de Tweede Wereldoorlog.
De Grote Drie in het Nederlandse cabaret van ná de Tweede Wereldoorlog zijn Wim Kan, Wim Sonneveld en Toon Hermans.

Tot 1960 waren een aantal cabaretliedjes populair door grammofoonplaten en theaterrevues.

Later werd de radio belangrijk in amusementsmuziek, maar toch kreeg het cabaret- en levenslied weinig ondersteuning door radio Hilversum. De laatste jaren worden cabaretprogramma's van cabaretiers uit de theaters ook op televisie uitgezonden,
zoals de jaarlijkse nieuwjaarsconférence. Enkele belangrijke recentere cabaretiers zijn bijvoorbeeld:
Freek de Jonge, Herman van Veen, Van Kooten en De Bie, Youp van 't Hek, Theo Maassen, enzovoorts.
Het cabaret-revuelied ‘De kleine man (met een confectie-pakkie an)' stamt uit 1929 en het komt uit Stappers' Revue
‘Lach….en vergeet' van Louis Davids. Hij leefde van 1883 tot 1939 en was revue- en variétéartiest en cabaretier.

Voor WO II - Eduard Jacobs Na WO II - Toon Hermans Recent - Theo Maassen


Waarom populair?

Veel cabaret- en/of revueliederen hebben het onderwerp ‘uit het leven gegrepen' met daarin een humoristisch karakter.
Ook wordt op de actualiteit ingegaan. Zo ook in het lied ‘De kleine man'. In elk couplet wordt een situatie van onrecht aan de kleine burger aan de kaak gesteld, waarna deze kleine burger in het refrein wordt bezongen.
Veel mensen waren in die tijd ‘kleine burger' of kenden het lot ervan. Het onderwerp had dus een groot bereik bij het publiek.
Cabaret- of revueliedjes zijn vaak liedjes met een volks sentiment erin.
Louis Davids zong in die tijd met veel sentiment, net als André Hazes of Jan Smit.Naast het sentimentele karakter,
hield de cabaretier meestal de kenmerken van een lang levend liedje in de tijd van amusementsmuziek aan:

•  een tekst over een aansprekend onderwerp,

•  een goed in het gehoor liggende melodie die iedereen kan onthouden en kan meezingen

•  een liedje wat je met drie gitaarakkoorden kan begeleiden.

Ook ‘De kleine man' heeft een pakkende melodie, met daarbij een ironische elementen in de tekst.

Inhoud:
Klik hier voor de complete tekst van het lied.
In het lied ‘De kleine burger' wordt de kleine burger bezongen, die tussen kapitaal en arbeid in staat. Het onrecht in de klassenstrijd staat centraal. De kleine burger delft in het lied altijd het onderspit, vooral wat betreft financiële zaken.
- Hij woont niet in een villa en moet zich steeds op zijn tenen laten trappen;
- Hij moet veel belastinggeld betalen voor de verkiezingen en de afdeling Defensie;
- Hij krijgt weinig geld voor zijn arbeid (want een bokskampioen krijgt veel meer);
- Hij vindt het onterecht dat je, als je niet werkt, toch geld krijgt. Dit geld moet hij betalen.

Liedsoort:
Het grote verschil tussen het cabaret(-artistique) en de cabaretrevue (‘De kleine man') is dat deze laatste vooral de gewone man wilde bereiken en hem amusement bezorgen. Het cabaret-artistique mikte daarentegen op een intellectueel publiek en had een artistiek hoogstaander niveau.

Onder cabaret in het algemeen wordt verstaan: een theatervoorstelling waarbij de zaal d.m.v. besproken en gezongen teksten geëntertaind wordt, aan het nadenken wordt gezet en soms gechoqueerd raakt in een avondje ‘uit'.

Bij cabaret, waarin zang, dans, sketches en conferences zo evenwichtig mogelijk worden uitgewerkt, zijn vooral de teksten belangrijk. Het is verder fragmentarisch van karakter. De cabaretiers sloven zich uit om een spits en verrassend taalgebruik aan te wenden,
in te spelen op gebeurtenissen uit de actualiteit en daar kritische kanttekeningen bij te plaatsen.
Thema's worden vaak op satirische toon aangesneden, waardoor mensen gaan lachen. De cabaretier kijkt tijdens een voorstelling het publiek aan, spreekt ze toe en reageert op hun gedrag. De muziek speelt vaak bij cabaret ook een belangrijke rol.
Cabaretliedjes zijn vaak populair, maar er is meestal maar weinig bladmuziek van te vinden.

 

Opdracht 15:

Ga naar de volgende site http://variatee.vara.nl en bekijk willekeurig drie stukjes cabaret.
a) Vergelijk deze stukjes cabaret met elkaar. Waar zitten de verschillen tussen de cabaretiers?
Let daarbij onder andere op de volgende onderdelen: behandelde onderwerpen, aankleding van het podium,
manieren van grappen maken,
wel of geen muziek, publiek wel of niet erbij betrokken, enz.

b) Geef ook een eindoordeel: welk fragment spreekt jou het meeste aan, en waarom?

 

 

Ga door naar de volgende pagina:
Smartlap of levenslied 'De Vlieger': opdracht 16


Of ga terug naar:

- 20 eeuw- Algemene inleiding

- 20e eeuw - Volkslied - Inleiding